De opbouw van dit werk sluit het individuele uit. De figuren zijn versmolten en verenigen verschillende uitersten in zich. Horizontaal en vertikaal, rust en actie, massa en mens, al deze tegenstellingen spelen hun rol. Ook de bouw van het beeld ent zich op deze uitersten. In vooraanzicht is het breed en volumineus, maar in zijaanzicht is het eerder een platte schijf, een wiel. Armitage toont hier zijn duidelijke voorkeur voor brons, een materiaal dat volgens hem eenmakende en sensuele eigenschappen bezit.