Het beeld is opgevat als een drieledige bronzen compositie, met brokstukken waarin een uitgehold verslindend hoofd, handen, een voet, lichaamsfragmenten kunnen herkend worden. Het stelt de consumptiemaatschappij voor, die de menselijke waarden vernietigt, en waarin begrippen als ‘piëta’ en ‘liefde’ tot monsterachtige vraatzucht en onbegrip zijn verworden. Over dit beeld schrijft de kunstenaar: ‘Wanhoop. Het is niet vreemd dat deze verklaring van de Antipiëta als een wanhoop verschijnt zo de strijd om de mens te willen verdedigen nutteloos is. Ten overstaan van zoveel geweld dient het geweld te worden ontdekt. De Piëta verdwijnt om zich in een verslindend monster te veranderen werkelijk aanwezig in de omgeving van de mens van vandaag. Aanklagen zal de wegwijzer zijn’. Het is een uniek exemplaar.