Dit beeld was het eerste grote beeldhouwwerk dat Maillol ooit maakte. Het werk is zeer typisch voor de stijl van Maillol, die gebruikt maakt van grote ronde volumes. De houding van de figuur refereert dan weer heel duidelijk aan de klassieke vormentaal, waar hij vertrouwd mee was en die hij nooit zou verlaten. Het klassieke ideaal van harmonie en innerlijk evenwicht is in al zijn werk aanwezig. De beelden zijn glad gepolijst. Maillol had met dit soort werken een grote invloed op beeldhouwers als Georg Kolen Wilhelm Lehmbruck. Clotilde Narcisse, een van de twee vrouwen die de kunstenaar tewerkstelde in de tapijtweverij die hij in 1893 in zijn huis had geïnstalleerd, stond model voor dit beeld. Clotilde stond ook model voor Maillols bronzen beeld "La nuit" uit 1902".
In 1905 was een versie uit gips tentoongesteld op de Salon d'Automne. Een bronzen exemplaar, gegoten door Rudier, was bestemd voor het graf van Maillol maar werd in 1951 aan het Middelheimmuseum verkocht (na onderhandelingen van burgemeester Craeybeckx met de familie Maillol).
Van dit werk bestaan zes exemplaren in brons, één in steen en één in wit marmer. Een zevende exemplaar in brons werd ‘hors commerce’ gemaakt en staat nu op Maillols graf te Banyuls.